05 september 2017

De cadeaumoeder

Onlangs was ik bij een vriendenstel, allebei gescheiden en kinderen. Dolgelukkig en blij met elkaar en hun nieuwe relatie. Met de kinderen gaat het ook goed, de tijd die achter hun ligt nadat hun ouders uit elkaar zijn gegaan hebben ze nodig gehad om hun verdriet een plekje te kunnen geven, om te leren aanvaarden dat hun ouders nooit meer bij elkaar zullen komen en om te dealen met de nieuwe vriendin van vader en met de nieuwe vriend van moeder. Best een heel pakketje zo voor de kinderen, maar nogmaals, het gaat goed met ze.
Al pratende onder het genot van een wijntje kwam een van de kinderen naar zijn vader toe met een vraag, die beantwoord werd door de vader met “dat moet je aan je cadeaumoeder vragen”.

Nu schijnt het tegenwoordig hip te zijn om het woord stiefmoeder te vervangen door cadeaumoeder, bonusmoeder, plusmoeder, ik hoor het steeds vaker om mij heen en het doet iets met me.
Ik begrijp het idee wel hoor, dat er gezocht wordt naar een positievere benaming voor deze vrouw in plaats van stiefmoeder. Want zeg eens eerlijk, denk jij ook niet bij het woord stiefmoeder aan de stiefmoeders uit de sprookjes van Assepoester, Hans en Grietje en Sneeuwwitje, en dat zijn toch niet de meest liefhebbende en verzorgende vrouwen die er zijn. Het is niet vreemd dat er op zoek gegaan wordt naar een meer vriendelijke naam die deze vrouw ook zeker verdient, laat ik dat voorop stellen, want er wordt nogal wat verwacht van deze vrouw. Namelijk, dat ze zorgzaam is voor de kinderen van haar nieuwe partner, maar ze mag ook weer niet te moederlijk zijn, want dan is het alsof ze de rol van de biologische moeder overneemt. Het is nog niet eenvoudig om hier een goede balans is te vinden.

Mijn nieuwsgierigheid naar de exacte betekenis van stiefmoeder bracht mij bij “Het genootschap van onze taal”, waarin de betekenis van het woord stiefmoeder als volgt wordt beschreven: Stief had oorspronkelijk een ander vorm: stiep. Dat woord kwam al in de dertiende eeuw voor en gaat terug op een oeroud woord dat ongeveer geklonken moet hebben als ‘steupa’; dit betekende ‘van iets beroofd, iets missend’. Stiep werd oorspronkelijk gebruikt in de betekenis ‘boom met afgehakte takken’. Het beeld van een afgeknotte, van zijn takken beroofde boom werd later overgedragen op gezinnen waarin de biologische vader of moeder overleden was. Het woord stiep werd uiteindelijk verbasterd tot stief. Het woord stief verdrong vervolgens ook in andere woorden de oudere vorm stiep, en kwam zo in gebruik om allerlei verwantschappen aan te geven die ontstaan als een weduwenaar of weduwe opnieuw trouwde. En zo kwamen ook de woorden stiefvader, stiefmoeder en stiefkinderen in onze taal terecht. Opvallend is dat deze woorden juist worden gebruikt als het gat dat is gevallen, weer is opgevuld. Als er namelijk gesproken wordt van een stiefkind, dan is er dus altijd sprake van een nieuwe stiefouder. Kennelijk bleef de gedachte aan het beroofd zijn van een biologische ouder vooropstaan.

Tja, en ga daar dan maar eens aanstaan, de taak op je nemen om er te zijn voor de kinderen van je nieuwe partner, die volgens bovenstaande vertaling zijn beroofd van hun biologische vader of moeder. En hoe logisch is het dan dat er niet alleen vanwege het stigma dat hangt aan het woord stiefmoeder gezocht is naar een meer vriendelijk woord, zoals cadeaumoeder.
Nu heb ik uit de gesprekken met de kinderen die bij mij in de praktijk komen, wanneer ouders zijn gescheiden, nooit de relatie gelegd tussen de nieuwe partner van een van de ouders en een cadeau voor de kinderen. Nee, natuurlijk niet. Hoe zo cadeau? Een cadeau is toch iets waar je erg blij van wordt? En al helemaal voor kinderen. Maar de kinderen komen niet bij mij in de praktijk omdat ze blij worden van de partner van een van de ouders. Nee, het kind komt bij mij, omdat hij de scheiding van zijn ouders moeten verwerken, om datgene wat altijd zo vanzelfsprekend was nu ineens niet meer zo is, omdat hij het lastig vindt om wekelijks te wisselen van huis, met daarbij mogelijk ook nog eens een wisseling van de samenstelling van gezinsleden, omdat een van de ouders verliefd en kusserig doet met de nieuwe partner en er hierdoor minder aandacht is voor hem, omdat hij verdrietig is als hij bij de ene ouder is en dan de andere ouder zo mist, omdat…
Is het dan handig om het woord cadeaumoeder, bonusmoeder of plusmoeder te gebruiken? Verwacht je van je kind dat het net zo blij is met je nieuwe partner als jij dat bent? Dan vraag je waarschijnlijk teveel van je kind. Want wanneer je het woord cadeaumoeder gebruikt, kan het kind in een loyaliteitsconflict komen ten opzichte van zijn eigen moeder. Er bestaat maar 1 moeder voor het kind en daar is hij ongevraagd van beroofd.
De nieuwe hippe koosnaampjes voor stiefmoeder lijken dan meer kwaad dan goed te doen.

Hoe wil jij je nieuwe partner noemen naar je kinderen toe? En je nieuwe partner, wat wil hij of zij? En de kinderen, wat willen zij eigenlijk? Praat hierover, dit zorgt voor eenduidigheid en de duidelijkheid die daaruit ontstaat is altijd fijn voor kinderen.

ps: de cadeaumoeder kun je natuurlijk ook vervangen door cadeauvader.
Site by Alsjeblaft!